Helden uit het verzet
Op deze pagina plaats ik korte stukjes over voornamelijk Amsterdammers die op een of andere wijze actief waren
in het verzet. Onder Amsterdammers reken ik iedereen die in Amsterdam woonde en/ of hier actief tegen de
Duitsers was.
Bob Oosthoek
Gelijk een uitzondering op de inleiding. De AB-verzetsgroep (Algemeen Belang) in Den Haag werd geleid door Bob Oosthoek onder de
schuilnaam 'Van IJselsteyn', De groep hielp Joden aan onderduikadressen, vervalste papieren, drukte illegale pamfletten en blaadjes
en pleegde overvallen om aan geld en bonkaarten te komen.
Bob was toneelspeler docent drama, hij weigerde lid te worden van de Kultuurkammer. Hij werd op 22 augustus 1944 gearresteerd en op transport
gezet naar een concentratiekamp waar hij nooit aankwam. Zijn lichaam werd langs de spoorlijn gevonden.
Oosthoek is naast J. Post, A.J. Rozeman, A.O.H. Tellegen en G.J. v.d. Veen een van de weinigen die alle drie de grote
onderscheidingen kreeg voor getoonde moed tijdens de Tweede Wereldoorlog waarmee hij de geschiedenis in is gegaan als een
van de grootste Nederlandse verzetshelden.
Sieny Kattenburg
Sieny is kinderverzorgster geweest in de crèche tegenover de Hollandsche Schouwburg, de plek waar zoveel
Joden voor het laatst een stukje Amsterdam zouden zien. Kinderen werden soms gered door ze, onder
andere, naar de crèche aan de overkant te brengen.
Sieny zorgde ervoor dat kinderen die ze op last van de Duitsers van de Schouwburg naar de crèche
moet brengen 'zoek' raakten. De Duitsers kregen daar op een dag lucht van en vielen de crèche
binnen. Sieny ging toen met haar handen in haar zij voor de groep SS'ers staan en stuurde ze weg, waarmee
ze het leven redden van veel kinderen. Vanaf dan hadden de Duitsers ontzag voor haar en lieten haar met rust.
Sieny was niet bang en ging door met haar missie. Al met al zijn er zo'n zeshonderd kinderen via de crèche gered.
Op 28 juni 2018 waren Sieny en Harry 75 jaar getrouwd, ze kenden elkaar van de crèche, Harry werkte voor de
Joodse Raad. Via New York en Mexico kwamen ze weer naar Amsterdam-Buitenveldert waar zij de laatste jaren samen
in Joods verzorgingstehuis Beth Shalom woonden.
Drie dagen (5 februari 2019) voor haar dood (8 februari 2019) overleed haar twee jaar oudere zuster Jetty,
Sieny zou op 19 maart 95 zijn geworden, Harry blijft alleen achter in Buitenveldert. Hun jongere broer Leo Kattenburg
werd op 10-jarige leeftijd op 10 februari 1944 door de Duitsers vergast in Auschwitz, hun ouders Bertha en Jonas een dag later.
Esther Shaya schreef in 2018 een prachtig boek over het echtpaar onder de titel: 'Overleven in verzet en liefde'.
Walter Süskind
Süskind was een Duitse Jood maar bezat de Nederlandse nationaliteit omdat zijn grootouders
Nederlands waren. Hij beheerde de Hollandsche Schouwburg voor de Duitsers. Hij onderhield
goede relaties met zowel de Joodse Raad als de Duitsers. Gezinnen met kleine kinderen die binnen
werden gebracht om op transport te worden gezet hielp hij door persoonsbewijzen te vervalsen.
Bovenstaande ophaalbrug over de Nieuwe Herengracht is naar hem vernoemd.
Hij en zijn gezin kwamen om het leven in Auschwitz.
Aan de overkant van de Hollandsche Schouwburg zat een crèche, samen met Henriette Rodriques
Pimentel, de directrice, heeft Walter zo'n zeshonderd Joodse kinderen kunnen redden.
In januari 2012 kwam er een film over deze man uit: Süskind.
Jonkheer P.J. Six
Jhr. Pieter Jacob Six wordt op 5 april 1894 te Amsterdam geboren en zou 92 jaar oud worden, hij overleefd
daarmee ruimschoots de oorlog.
Six was officier maar niet actief toen de Tweede Wereldoorlog uitbrak. Na een jaar bezetting trad Six
onder de naam Van Santen toe tot de Ordedienst, een goed georganiseerde verzetsbeweging met een
militair karakter. De opdracht van de O.D. was om, zodra dat mogelijk was, de terugtrekkende Duitsers
aan te vallen en om de rust te herstellen zodra de nazi's zouden zijn verslagen.
Toen nagenoeg de gehele top van de O.D. was opgepakt nam Six de leiding op zich tot het moment dat de O.D.
opging in de Binnenlandse Strijdkrachten. Op het eind van de oorlog onderhandelde hij twee dagen lang
met de Duitsers teneinde de martelingen, vernielingen en executies stop te zetten, wat overigens
slechts ten dele lukte.
Weetjes
Van maart 1943 tot en met het eind van de oorlog fungeerde De Koepelkerk als het hoofdkwartier van de O.D.
onder leiding van Six. Slechts weinigen wisten hiervan.
Six was degene die het Signalementenblad opzette waarin de zogenaamde V-mannen en V-vrouwen werden
vermeld die een gevaar vormden voor Nederlanders. Ook de praktijken van de SD, SS en Gestapo werden
uiteengezet.
Ook organiseerde de O.D. sabotage-acties en verrichtte spionagewerk.
Sam van Musschenbroek
De aanslag van 27 maart 1943 op het Amsterdamse Bevolkingsregister is een van die memorabele ijkpunten
in de vaderlandse geschiedenis waaraan menig heldenverhaal is opgehangen. Met leeuwenmoed pleegden
enkele leden van het Amsterdamse verzet een deels gelukte aanslag waardoor de gegevens van veel
Joodse Amsterdamse vernietigd werden zodat zij niet meer getraceerd konden worden door de nazi's.
Een van die helden was de Brabander Sam van Musschenbroek. Sam werkte voor de gemeente Amsterdam maar
kon het leed dat met name Joodse Amsterdammers werd aangedaan niet langer aanzien. Onder leiding
van Gerrit van der Veen drong hij, verkleed als politieman, het gebouw van de burgerlijke stand
aan de Plantage Middenlaan binnen.
Onder andere Sam werd gelijk opgepakt en drie maanden gemarteld
en verhoord. De Duitsers hielden voor de gehele groep een schijnproces op 30 juni, een dag
later, op 1 juli 1943, werden zij in de duinen van Overveen doodgeschoten.
Sam had de doodstraf kunnen ontlopen omdat hij een oom bleek te hebben die generaal was in het
Duitse leger. Sam weigerde de genade van de Duitsers aan te nemen en werd direct doodgeschoten.
Sam werd 26 jaar.
Henk Sneevliet
Sneevliet was communist, maar desondanks zeer invloedrijk. Hij ging in het verzet toen zijn partij, de RSAP, op 14 mei 1940 werd opgeheven.
Zijn verzetsgroep heette het MLL-front (Marx-Lenin-Luxemburg-front), dat als eerste een verzetskrant uitgaf: Spartacus.
Henk en zijn vrouw doken onder in Bergen op Zoom, maar werden verraden en vervolgens gearresteerd. De Duitsers veroordeelden hem en zeven
anderen tijdens een showproces voor het Deutsche Obergericht in Amsterdam ter dood. Op 13 april 1942 werd hij op de Leusderheide gefusilleerd.
Henk wordt jaarlijks op 13 april herdacht op begraafplaats Westerveld. De Henk Sneevlietweg in Amsterdam en het gelijknamige metrostation is
naar hem vernoemd.
Tot de oorlog was Sneevliet actief in de vakbeweging.
Marion van Binsbergen
Marion redde meer dan honderd Joden, zij studeerde aan de school voor maatschappelijk werk in Amsterdam toen de oorlog uitbrak en
zag hoe Joodse kinderen door de nazi's uit een weeshuis werden gehaald. Samen met enkele medestudenten richtte zij een kleine
verzetsgroep op die zich inzetten om Joden te helpen onderduiken.
Eind 1942 verhuisde Marion naar Huizen waar zij een gezin liet onderduiken, een Nederlandse politie-agent ontdekte het gezin waarop
Marion hem direct doodschoot.
Na de oorlog werkte Marion voor de Verenigde Naties, in 1981 kreeg zij de Yad Vashem onderscheiding. Zij overleed op
11 december 2016 op 96-jarige leeftijd.
Jacobus Oranje
In de oorlog had je 'goed' en 'fout', wie aan welke kant stond werd voornamelijk na de oorlog bepaald en
daarbij werd niet altijd even zorgvuldig te werk gegaan. Met name ambtenaren (zo'n beetje alle
politiemensen waren fout) lieten tijdens de oorlogsjaren hun eigen belangen prevaleren boven dat van hun
landgenoten.
Prof.mr. Jacobus Oranje was voor de oorlog rijksambtenaar op het Ministerie van Arbeid, Handel en
Nijverheid waarna hij bij Philips ging werken in Eindhoven. Tijdens de oorlogsjaren was hij voorzitter
van het hooglerarenverzet. Oranje gaf leiding aan diverse verzetsafdelingen en organiseerde van
alles zodat verzetsdaden gepleegd konden worden.
Waarin Oranje zich onderscheidde was dat hij in overleg met de Duitsers veel voor elkaar kreeg. Zoals
leefomstandigheden en vaak ook vrijlatingen. Gedurende de gehele oorlog zette Oranje zich in om
Nederlanders te helpen.
Hij ontving niet alleen het Verzetsherdenkingskruis maar tevens het maar zelden uitgereikte
Verzetskruis.
Jacobus Oranje werd vlak na de oorlog ernstig ziek en overleed op 6 april 1946 te Amsterdam.
Cees Ittmann
Cees Ittmann werkte in het Binnengasthuis maar steunde het studentenverzet en verleende belangeloos
medische hulp aan gewonde verzetsmensen en onderduikers. Toch werd ook Ittmann verraden uit eigen kring en
opgepakt.
Op 7 februari 1945 werd hij gefusilleerd.
Cees ligt begraven te Bloemendaal. In Amsterdam is het Dokter Ittmannpad aan de rand van de
Rivierenbuurt bij Begraafplaats Zorgvlied naar hem vernoemd. Aan dit pad ligt
Rozenoord (
link.) waar de Duitsers honderden leden van het
Amsterdamse verzet fusilleerden.
Gerard Dogger
Amsterdammer Gerard Dogger werd op 8 december 1919 geboren en overleefde de oorlog, hij stierf in 1985 op 65-jarige leeftijd,
maar liet flink van zich spreken tijdens de oorlogsjaren. Hij verzette zich al vroeg tegen de repressieve
houding van de Duitsers.
Dogger wist uit gevangenschap te ontkomen en kwam in Londen in contact met leden van de regering om zich
als informant in te zetten. Bij de marine klom hij op tot commandant, na de oorlog trad hij uit dienst en
vestigde zich als zakenman.
Hij overleed in Oxted (Verenigd Koninkrijk) op 9 maart 1985
Laura Mazirel
Laura Mazirel was in 1943 een van de organisatoren van de aanslag op het bevolkingsregister in Amsterdam.
Jan Verleun
De Rooms-Katholieke Johannes (Jan) Verleun werd geboren te Amsterdam in 1919 in Betondorp en verhuisde
laat naar de Admiraal de Ruyterweg 369 met zijn ouders en tien broers en zusters. Jan deed dienst
als verkenner in het Nederlandse leger toen in 1940 de Duitsers Nederland binnentrokken. Hij raakte
gewond aan zijn arm door een Duitse kogel maar kon wegkomen en richtte later CS-6 (Corellistraat 6,
Amsterdam) op, een knokploeg.
Verleun was verantwoordelijk voor een aanslag op een politie-bureau en meerdere liquidaties, hij maakte
bommen, stal stempels om valse persoonsbewijzen te kunnen maken. leverde wapens en hielp onderduikers. Na
de aanslag op het Bevolkingsregister, waarbij hij betrokken was, werd de CS-6 groep verraden. Hij ontkwam
aanvankelijk maar tijdens een afspraak met iemand die deze ontmoeting verraadde werd Jan door de SD
opgepakt. De nazi's martelden hem twee maanden lang om hem uiteindelijk op 7 januari 1944 op
de Waalsdorpervlakte dood te schieten.
Jan Verleun is 24 jaar geworden en herbegraven in Amsterdam waar de Adrianus Joseph Verleunstraat
naar hem is vernoemd.
Mien ten Dam-Pooters (Mientje Meijer)
Het is oorlog, de man van Mien werkt op de tram en beiden kunnen het wegvoeren van de Joden niet meer
aanzien en besluiten een signaal af te geven. Als eerste zal haar man de trams platleggen en zodra het
gerucht op gang komt roept ze haar collega's op mee te doen.
Mientje Meijer werkt in een naaiatelier waar ook veel joodse meisjes werken. Mien zei 'dames, heel
Amsterdam ligt plat omdat ze joden hebben weggevoerd. Wij moeten er ook uit, dit kunnen we toch niet
ove rons laten gaan?'
Tot haar verbazing ging iedereen mee de straat op. Ik dacht 'nou word ik ontslagen, ik had tenslotte
een stking georganiseerd, maar ook de cheffin ging mee!' Ze gingen naar de Noordermarkt en de
stoet werd steeds groter. 'Het was overweldigend.'
De hele stad lag plat.
De staking van Mientje en haar man was het begin van de Februaristaking.
Mientje: 'als je niets doet ben je medeplichtig'.
Otto Treumann
De meeste Duitsers waren fout, daar zijn de geleerden het wel over eens, maar er waren ook goede Duitsers
die het totaal niet eens waren met wat Hitler uitvrat. Zo ook Otto Treumann, een grafisch ontwerper van
Joodse afkomst.
Otto kwam in 1935 naar Nederland en volgde een opleiding aan de Kunstschool van Amsterdam. Tijdens de
oorlog vervalste hij op grote schaal persoonsbewijzen en distributiebonnen. Hij overleefde de oorlog en
maakte nadien faam als ontwerper. Onder andere werkte hij jarenlang voor de Anne Frank Stichting en maakte
hij een gedenkplaat voor de slachtoffers van Kamp Vught.
Jan Dirk en Anton Marinus Pleyte
Jan Dirk Pleyte werd op 14 maart 1923 geboren en stierf vlak voor het eind van de oorlog op 19 april 1945.
Anton Pleyte was pas 22 toen hij in de duinen van Zandvoort door de Duitsers werd gefusilleerd. Hij was
lid van de Amsterdamse verzetsgroep C6. Hij maakte bommen voor de groep om aanslagen op Duitsers en
stratgegische gebouwen te plegen.
Anton Pleyte was betrokken bij het opblazen van de spoorlijn tussen Groningen en Assen op 4 juni 1943.
Jan Dirk en Anton Marinus zijn twee schuchtere scholieren die al snel volwassen worden en als zelfverzekerde
studenten de oorlog in worden gezogen. Ze zijn jong maar kordaat en strijdbaar totdat het noodlot toeslaat,
een arrestatie waarbij negentien jonge mensen worden opgepakt, Anton wordt gelijk vermoord, Jan is nog
geen twintig en wordt op transport gezet naar Vught en later naar Dachau. Jan wordt daar ziek door ondervoeding
en infecties en sterft in het zicht van de bevrijding aan vlektyfus.
De gehele C6 groep wordt op 2 augustus 1943 opgerold.
Ton Pleyte wordt door een Amsterdamse begrafenisondernemer in een kuil in de duinen begraven die na de
oorlog wordt opgepakt en kan vertellen waar de lijken liggen. Ton wordt herbegraven op de Erebegraafplaats
van Bloemendaal. Op zijn steen wordt ook zijn broer herdacht.
Sjoerd Bakker
Sjoerd Bakker was een van de twaalf mannen die betrokken was bij de aanslag op het Amsterdamse
Bevolkingsregister dat toen nog in een van de zalen van Artis aan de Plantage Kerklaan gevestigd was.
De groep werd daarvoor zwaar gestraft door de Duitser; zij werden gefusilleerd, maar na de
oorlog herbegraven op de Erebegraafplaats te Bloemendaal.
Vanuit zijn atelier aan de Vondelstraat helpt hij het verzet zo goed als hij kan door bonkaarten en
persoonsbewijzen te regelen. Later sluit hij zich aan bij Gerrit van der Veen die een groot netwerk
had opgezet om vervalste persoonsbewijzen te verstrekken aan Joden (de PBC.)
Ter voorbereiding op de overval op het Bevolkingsregister maakt Sjoerd een aantal uniformen zodat het
niet al te zeer zal opvallen als de mannen het gebouw binnen gaan.
Coos Hartogh
Deze student medicijnen was een van de zes redacteuren van het illegale blad Rattenkruid. Hij hielp
onderduikers en verzorgde valse papieren. Willem Arondeus vroeg hem mee te doen aan de aanslag op
het bevolkingsregister.
Hartogh 'speelde' de politieman die als eerste het bevolkingsregister in ging. Na de aanslag werd Coos,
zoals zovelen die bij de aanslag betrokken waren, door de Duitsers opgepakt en in Overveen gefusilleerd.
Op 27 maart 1943 dringen negen mannen van het verzet (deels als politieman) de zaal van Artis binnen
en blazen het bevolkinsregister op. De brand die ontstaat heeft echter weinig effect. Dankzij de
uitgerukte brandweer die er extra lang over deed om aan het bluswerk te beginnen gaat toch nog
tien procent van de bestanden verloren.
Iemand uit de groep aanslagplegers praatte later zijn mond voorbij waardoor iedereen werd opgepakt door de
SD. Op 18 juni 1943 werden de doodsvonnissen uitgesproken, twee weken later (1 juli) fusilleerden de
Duitser de twaalf mannen in de duinen bij Overveen.
Rebellerende artsen
Een met de kultuurkamer vergelijkbare organisatie was de artsenkamer voor artsen. Een grote groep
doktoren richtten een tegenhanger op 'het Medisch Contact'. Uit protest tegen de artsenkamer en de
kultuurkamer protesteerden veel Amsterdamse huisartsen. Zij moesten officieel hun praktijk sluiten
maar bleven hu patiënten toch helpen.
Uit protest plakten zij het woordje 'arts' onder hun naam aan de deur van de praktijk af met pleisters.
NSB'ers plakten dan vaak 's nachts de naam van de arts af. In tegenstelling tot de kultuurkamer werd
de artsenkamer geen succes voor de Duitsers.
Jan Karel (Janka) en Gideon Willem (Gi) Boissevain
Janka werkte bij de Amsterdamse Telefoondienst Gi bij een levensverzekeringsmaatschappij, beide jongens
woonden bij hun ouders thuis in de Corellistraat 6 waar Joden ondergedoken zaten.
CS-6 (genoemd naar het adres) werd als verzetsgroep opgericht. Ze probeerden gevangenentransporten
tegen te houden door de treinrails te vernielen met springstof. Later legden ze ook verraders het
zwijgen op. Onder andere Seyffardt, de commandant van het Vrijwilligerslegioen Nederland, werd
geliquideerd.
Foto's van het Verzetsmuseum
Uiteindelijk werden zij verraden en opgepakt en in oktober 1943 met nog zestien anderen in
de duinen van Overveen doodgeschoten. Na de oorlog werden hun stoffelijke resten herbegraven op de
Erebegraafplaats van Overveen.
Hester van Lennep
Hester woont op de Keizersgracht en heeft een instituut voor huidverzorging aan de Herengracht waar
ze ook veel Joodse klanten ontvangt en hoort van de deportaties. Met name dat kinderen worden weggevoerd
schokt haar enorm en besluit mee te gaan doen om zoveel mogelijk kinderen een vredelijk lot te
besparen.
Via een onderduiker in haar huis komt ze in contact met Walter Süskind en weten rond
de tachtig kinderen te redden door ze thuis aan de Keizersgracht onder te laten duiken.
Hester overleefde de oorlog en stierf in 2000, zij was een tante van Janka Gi Boissevain.
Jaap Penraat
Penraat was architect en vervalste persoonsbewijzen voor Joden. Later redde hij ruim 400 Joden het
leven door ze vanuit Nederland vai Frankrijk naar neutrale Spanje te brengen. Ondanks dat hij tijdens
zijn arrestatie werd gemarteld verraadde hij niemand en werd door de Duitsers weer vrijgelaten.
In 1988 kreeg Jaap Penraat de Yad Vashem onderscheiding. Hij overleed in 2006.
Harald Frederik Dudok van Heel
Over deze Amsterdamse held is niet veel te vinden, hij zat in het verzet te Amsterdam maar was
ook niet onbemiddeld door zijn ondernemerschap.
Omdat ik zoveel mogelijk onderscheiden verzetshelden van Amsterdamse komaf of helden die grote daden
verrichtten in Amsterdam wil noemen staat Van Heel hier vernoemd.
Nicolaas Beuzemaker
Beuzemaker was Amsterdammer maar werkte in Rotterdam, hij is het schoolvoorbeeld van de bewust vergeten
helden. Van Communisten moest men feitelijk niets hebben terwijl zij het toch waren die als eersten
(eerder dan de Joden zelf!) in opstand kwamen tegen het wegvoeren van tientallen Joodse Amsterdammers.
Tot aan het hof en de regering had men een gruwelijke hekel aan de CPN (Communistische Partij Nederland)
vanwege de verheerlijking van het Russische systeem.
Beuzemaker was al ver voor de oorlog actief in de partij, in de oorlog was hij een van de leiders
van de illagale CPN die in mei 1940 reeds verbonden was.
Beuzemaker moest tijdens de oorlog onderduiken maar werd in 1943 naast Jan Postma betrokken bij de
partij. Een paar maanden later werd hij op zijn onderduikadres gearresteerd, waarna op 14 november
van dat jaar de partij werd opgerold, Nicolaas werd gefusilleerd, in 1946 werd hij door zijn weduwe,
familie en vrienden herbegraven op de Amsterdamse Oosterbegraafplaats.
Cornelis Roos
Roos was politieagent en werd vanaf 1942 ingezet bij de Joden razzia's. Hij probeerde de kans te benutten
Joden te laten vluchten en bood soms ook onderdak aan in zijn woning.
Toen Roos op het hoofdbureau van politie kwam te werken kreeg hij de beschikking over informatie die
hij doorspeelde aan het verzet.
Ook was Roos betrokken bij de voorbereiding van de op 27 maart 1943 uitgevoerde aanslag op
het Amsterdamse Bevolkingsregister maar zijn betrokkenheid kwam uit waarop hij gearresteerd, berecht
en gefusilleerd werd.
Reina Prinsen Geerligs
Aan de linkse verzetsgroep CS-6 uit de Amsterdamse Corellistraat besteed ik elders al aandacht, in dit
stukje beperk ik mij tot een vrouw die als student van negentien op het Barlaeus haar mede-studenten
zo ver probeerde te krijgen dat ze meee zouden doen met de Februaristaking. Zelf zou ze haar studie
zelfs opgeven om fulltime inzetbaar te kunnen zijn voor het verzet, zij werd lid van CS-6.
Er worden branden gesticht, gesaboteerd meer dan twintig liquidaties gepleegd en een (half mislukte)
aanslag op het Bevolkingsregister. Reina stond altijd vooraan en is hoogstwaarschijnlijk bij het
merendeel van de CS-6 acties betrokken geweest.
Samen met twee andere leden wordt Reina op 24 november 1943 in concentratiekamp Sachsenhausen
gefusilleerd. Haar arrestatie volgde na verraad. Zij werd 21 jaar.
Jaap le Poole
Van deze man hebben we na de oorlog niets meer gehoord, dat was zijn eigen schuld. Natuurlijk zit er
een grote nuance achter deze boute bewering. Jaap was verzetsman in hart en nieren, iets wat voor
zovelen gold maar Jaap gaf een glansrijke politieke carrière op om in het eeuwige verzet te gaan.
Jaap Le Poole overleefde de oorlog maar 'liquideerde' zichzelf door in 1948 afstand te nemen van Willem Drees die
de politionele acties in Nederlands-Indië politiek leidde. Hij stapte uit de PvdA waarna hij zijn
rol als gedoodverfde opvolger van Willem Drees voorgoed kon vergeten.
Hinke Piersma schreef een mooi boek over hem,
ondertitel: 'verzetsman voor het leven'.
Le Poole was ambtenaar en zou dat ook altijd blijven, alle functies die hij na de oorlog had
mondden steevast uit in zijn vertrek na een conflict. Zo was Jaap ten voeten uit. In de oorlog weigerde hij als
ambtenaar de niet-Ariër verklaring te ondertekenen, iets wat verreweg de meeste ambtenaren
wel deden.
Na de oorlog werd hij directeur van een ziekenhuis en topambtenaar op het ministerie van Sociale
Zaken.
Jaap bood hulp aan onderduikers en schreef mee aan illegale bladen waaronder Vrij Nederland. Op 16
oktober 1993 overleed hij.
Willem Arondeus
Als kunstenaar hoefde je je niet persé bij de kultuurkamer aan te sluiten om toch werk te
hebben, Willem deed dat dan ook niet. Als auteur kon je je vaardigheden gebruiken in anti-Duitse
propaganda, Willem deed niet anders. Als homo moest je extra op je tellen passen, De Duitsers hadden
onder andere een hekel aan Joden en aan homo's. De Jood Willem Arondeus kwam openlijk uit voor
zijn homoseksualiteit.
Arondeus werd lid van de Raad van Verzet waarin onder andere ook Gerrit van der Veen zat, ze vervalsten
honderden persoonsbewijzen. Om te voorkomen dat de Duitsers de vervalste papieren konden verifiëren
met de gegevens uit het bevolkingsregister pleegde de Raad van Verzet een bomaanslag op deze instantie
die helaas maar gedeeltelijk lukte.
Ook schreef Willem mee aan de zogenaamde Brandaris-brieven; illegale pamfletten waarin
kunstenaars opriepen het nazibewind te saboteren en vooral niet lid te worden van de kultuurkamer die
door de NSB vanaf november 1941 werd opegricht, geleid en gecontroleerd. De Brandarisbrief ging
in 1942 op in het illegale blad De Vrije Kunstenaar.
Rudi van Dantzig schreef een mooi boek over Arondeus waarvoor Rudi zich baseert op dagboeken en
brieven van Willem Arondeus. Rudi van Dantzig was vanaf 1955 tot 1991 choreograaf en later
(1971) ook artistiek leider van Het Nationale Ballet en kwam zelf ook altijd openlijk uit voor zijn
homofiele geaardheid.
Johan Wilhelm van Hulst
Van Hulst leeft nog! We schrijven mei 2012. Johan van Hulst is vorig jaar honderd geworden. Tijdens de
Tweede Wereldoorlog is hij directeur van de school die naast de crèche aan de Plantage
Middenlaan is gevestigd, recht tegenover de Hollandsche Schouwburg.
De Duitsers laten Van Hulst en de school gedurende de oorlog met rust omdat Van Hulst zijn afkeer
toont van Joden, althans, zo doet hij het voorkomen. In werkelijkheid sluist hij honderden kinderen
weg via een lokaal dat aan de tuinkant is gelegen van de school.
Op het eind van de oorlog kregen de Duitsers door hoe er toch steeds kinderen ontkwamen en deden
op 14 april 1945 een inval om onder andere Van Hulst te arresteren. Van Hulst had 's morgens
van een, tot op de dag van vandaag onbekend gebleven, vrouw te horen gekregen dat hij opgepakt
zou worden, dus dook hij onder.
In 1973 kreeg Van Hulst de Yad Vashem onderscheiding. Dit Joodse eerbetoon wordt alleen uitgereikt aan
niet Joden die zich boven iedere twijfel uitzonderlijk hebben ingezet voor het welzijn van Joden
tijdens de Tweede Wereldoorlog.
In 1960 nam hij afscheid als directeur van de school om de politiek in te gaan.
In 2012 besteedde het NIOD aandacht aan hem, het artikel kun je hier downloaden:
PDF (200 Kb)
Jacques van de Kar
Jacques werkte in de Hollandse Schouwburg, in de nachtelijke uren maakte hij alles in orde zodat er
mensen konden ontsnappen, waarschijnlijk honderden. Toen het Van de Kar te heet onder de voeten
werd vluchtte hij naar het oosten van het land maar keerder vaak terug naar Amsterdam, zonder Jodenster.
Piet Nak
Amsterdammer en Communist. Piet was verzetsman van het eerste uur, samen met Willem Kraan, Lou Jansen (
link) en Dirk van
Nimwegen was hij mede verantwoordelijk voor de Februaristaking van 1941. Doordat Communisten in Nederland
niet zo geliefd
waren duurde het lang voordat zij erkkening kregen voor hun heldendaden. De Israëliërs doen
echter zeer zorgvuldig onderzoek voordat zij een onderscheiding uitreiken.
In het geval van Piet Nak was men ondubbelzinnig, hij was een van de voormannen tijdens de staking
van februari 1941, hij kreeg daarvoor de Yad Vashem onderscheiding.
Na de oorlog werd Nak politiek actief en overleed in 1996, vlak voordat hij negentig jaar zou worden.
...meer over Piet Nak (
link)...
Dirk van Nimwegen
Dirk werkte bij de stadsreiniging aan de Bilderdijkstraat en was ook communist, reeds voor de oorlog
stond hij bekend als fel anti-fascist.
Dirk werd door de illegale leiding van de CPN aangewezen om op 24 februari op de Noordermarkt
werkers te verzamelen en aan te sporen de volgende dag te gaan staken. Daar werd hij bijgestaan door
Piet Nak, Lou Jansen en Willem Kraan.
Weetje
Dirk overleefde de oorlog, hij bleef bij de reiniging werken maar werd in 1955 samen met 61 anderen
door de Gemeente Amsterdam ontslagen omdat hij had opgeroepen tot een algemene staking. Hij streed
voor een hoger loon en verbetering van de arbeidsomstandigheden. In 1985 kwam er een onderzoek
en werd er door het toenmalige Gemeentebestuur ingezien dat er destijds een fout was gemaakt.
Bijna dertig jaar na dato en 62 verwoeste levens later kwam er alsnog erkenning en werden alle
stakers van 1955 door het Gemeentebestuur gerehabiliteerd.
Dirk werkte lang als klusjesman op de Ten Katemarkt in Amsterdam. Na zijn dood werd er in de Borgerstraat nummer 52, Kinkerbuurt,
een gezondheidscentrum naar hem vernoemd. Op 25 februari 2005 werd er een plaquette ter ere van hem onthuld.
De tekst op de plaquette luidt:
1904 DIRK VAN NIMWEGEN 1969
VERZETSMAN
EEN VAN DE INITIATIEFNEMERS VAN DE DOOR DE ILLEGALE CPN GEORGANISEERDE STAKING
VAN 25 FEBRUARI 1941, ALS PROTEST TEGEN DE JODENVERVOLGING DOOR NAZI-DUITSLAND
DIRK VAN NIMWEGEN WERKTE BIJ DE STADSREINIGING AAN DE BILDERDIJKKADE
HIJ DEED DE OPROEP OP DE NOORDERMARKT
DE FEBRUARISTAKING WORDT ELK JAAR HERDACHT BIJ DE DOKWERKER
Bij de Amstel/ Nieuwe Keizersgracht is een brug naar Dirk vernoemd.
Theo Ruiter
Theo kreeg na de oorlog het Verzetsherdenkingskruis, hij wist 88 mensen uit handen van de Duitsers te redden. Hij runde na de oorlog
een café waar jarenlang nog verzetsmensen bijeen kwamen.
Willem Kraan
Net als Piet, Lou en Dirk was Willem Amsterdammer en Communist. Samen trokken zij
strijdvaardig op tegen de NSB'ers die het telkens op een robbertje vechten aan lieten komen. Toen winkels
hun deuren niet meer voor Joden open mochten stellen barstte de bom. Dirk, Willem en Piet organiseerden de
Februaristaking van 1941.
In tegenstelling tot Piet werd Willem opgepakt en door de Duitsers doodgeschoten.
Willem kreeg net als Piet de Yad Vashem onderscheiding voor zijn aandeel in de Februaristaking. Een
zijstraat van de Burgemeester de Vlugtlaan In Amsterdam is de Willem Kraanstraat die naar hem
vernoemd is, het borstbeeld hier rechts staat daar in de straat.
Willem werd op 16 november 1941 door de Duitsers opgepakt en drie dagen later doodgeschoten.
Vreemd genoeg heeft Dirk van Nimwegen nimmer een onderscheiding gekregen, Lou Jansen, Willem Kraan en Piet Nak wel.
Annick van Hardeveld
"De laatste doet het licht uit", voor Annick ging het licht uit, vlak voordat iedereen in Nederland
licht aan het eind van de tunnel zag.
Annick van Hardeveld was 21 toen zij haar laatste ritje maakte voor het verzet. Zij was verpleegster
in het WG (Wilhelmina Gasthuis) maar werkte ook als koerier. Zij bracht vervalste papieren zoals
bonkaarten en identiteitsbewijzen van plaats naar plaats en smokkelde wapens. Ook bracht zij regelmatig
onderduikers weg.
Op 4 mei, een dag voor de bevrijding van Amsterdam, Annick wist dat de bevrijding aanstaande was,
fietste zij met de Nederlandse vlag om. Zij werd door de nazi's van haar fiets geschoten.
Op het Hekelveld (hoek Nieuwezijds Voorburgwal/ Spuistraat) staat ter nagedachtenis aan Annick
een gedenkzuil van hardsteen met een bronzen plaquette erop met de tekst:
OP DEZE PLEK WERD OP 4 MEI 1945 DE LAATSTE KOERIERSTER UIT HET VERZET,
ANNICK VAN HARDEVELD, DOOR DE DUITSE BEZETTER VERMOORD. ZIJ WAS 21 JAAR OUD.
'DIT TEKEN IS EEN EERBEWIJS AAN ALLEN DIE STREDEN TEGEN ONRECHT EN ONDERDRUKKING'.
En of het zo moest zijn toen ik er een foto ging maken lag er een damesfiets
op de grond tegen het monument voor Annick.
Frans Duwaer
Duwaer kennen we van zijn samenwerking met zowel Willem Arondeus als Gerrit van der Veen en dat hij deze twee verzetshelden bijeen
bracht. Later gaven zij leiding aan de groep die de aanslag op het Bevolkingsregister van Amsterdam pleegden.
Frans Duwaer werd op 1 januari 1911 in Amsterdam geboren en zou de oorlog niet overleven, de Duitsers pakten hem op en schoten hem
in de duinen bij Overveen dood. Duwaer was een meester in het vervalsen van persoonsbewijzen, naar schatting heeft hij er 50.000 gemaakt.
Frans werd slechts 33 jaar oud.
Hans Scholl
Student in München die samen met zijn zus Sophie en hoogleraar in de psychologie en filosofie Kurt Huber en mede-student
Christoph Probst, een verzetsgroep in Duitsland hadden opgericht om uiting te geven aan hun walging over de verschrikkingen
van de Tweede Wereldoorlog.
De groep, 'Die Weisze Rose', verspreidde pamfletten onder studenten om te wijzen op de gevaren van het nationaal-socialisme. Sophie,
Hans en Christoph werden gearresteerd en op 22 februari 1943 voor een volksgericht gebracht, waardoor zij wegens hoogverraad ter
dood werden veroordeeld. Vier dagen later kwam er door onthoofding een eind aan hun leven. Kurt Huber wachtte hetzelfde lot op
10 april van dat jaar.
In Duitsland zijn 200 scholen vernoemd naar Hans en Sophie.
Wordt vervolgd...
Gisela Sõhnlein
Verzetsvrouw
Louis Bosch van Rosenthal
Verzetsman
Pierre Louis d'Aulnis de Bourouill
Geheim agent, spion
Jan Meulenbelt
Verzetsman
Helena Kuipers-Rietberg
Verzetsvrouw
Joke Folmer
Verzetsvrouw
Cornelis Pieter van den Hoek
Verzetsman
Frans Goedhart
Verzetsman
Tina Strobos
...lees hier verder...
Titus Brandsma
...lees hier verder...
Jacoba van Tongeren
...lees hier verder...
Pater Bleys
...lees hier verder...
Majoor Bosshardt
...lees hier verder...
Adolf van Nol
...lees hier verder...
Joop Westerweel
...lees hier verder...
Eduard Veterman
...lees hier verder...
Hannie Schaft
...lees hier verder...
Tante Truus
...lees hier verder...
Walraven van Hall
...lees hier verder...
Tonny van Renterghem
...lees hier verder...
Johan van Hulst
...lees hier verder...
Lou Jansen
...lees hier verder...
Mirjam Ohringer
...lees hier verder...
Hannie Schaft
...lees hier verder...
Lou Jansen
...lees hier verder...
Oskar Schindler
...lees hier verder...
Gerrit van der Veen
...lees hier verder...
Joep Henneboel
...lees hier verder...
Wordt vervolgd...
Ongetwijfeld zijn er meer helden geweest, als ik iets tegenkom vermeld ik dat, maar u mag mij natuurlijk altijd mailen.
Pagina's gerelateerd aan het verzet
Hannie Schaft
Herdenkingskruis
Het Parool
Olympia
Onbekende helden
Oorlogsmonumenten
Verzetsbank
Verzetskruis
Verzetsmuseum
Yad Vashem