"Mag ik mijn fiets terug"?
Deze vraag is er bij velen ingeramd, ik ben van ver na de oorlog, maar toch zegt het mij alles, mijn oma had een hekel aan de Duitsers en riep
steevast als er iets Duits op de teleisie was "hé, waar is mijn fiets"?
Maar laatst hoorde ik dat de Duitsers helemaal geen fietsen steelden, ik ging op onderzoek uit.
Ach, het klopt, dat stelen viel nog wel mee. Maar de Duitsers flikten wat anders, ze verboden simpelweg dat je een fiets had en dat je die
dus maar moest komen inleveren. Dat schoot lekker op want er werden tienduizenden fietsen ingeleverd bij de nazi's. Het klopt dus dat de Duitsers
de fietsen van veel Nederlanders innamen.
Inleveracties en huiszoekingen
Amsterdam, juli 1942. De Duitsers maken bekend dat alle Joden, in navolging van veel andere steden in Nederland, niet meer mogen fietsen. Er
worden vier inzamelplaatsen bekend gemaakt, te weten: Frederiksplein, Westergasfabriek, het Olympisch Stadion en de Ter Gouwstraat.
Een week later, op 28 juli 1942 moesten
alle herenfietsen worden ingeleverd, dus ook niet-Joden waren vanaf nu aangewezen op
de benenwagen.
Tijdens huiszoekingen werden alle fietsen meegenomen, ook kinderfietsen. Wie later gesnapt werd met een fiets riskeerde een gevangenisstraf
van een half jaar of duizend Gulden boete.
Fietsrazzia
Op strategische punten hielden de Duitsers razzia's, alle mannen werden van hun fiets getrokken en konden gaan lopen. De Amsterdamse
politie liet zich overigens niet onbetuigd, die haalden met een open vrachtwagen fietsen van de straat.
Vrijstellingen
De politie, brandweer, boeren, dokters en apothekers kregen vrijstelling.
Na de oorlog, opnieuw massale fiestendiefstal door de Duitsers
Hitler is dood, het is 30 april 1945, hier en daar vechten er nog wat nazi's door, maar de meesten gaan zo rond 5 mei richting Leiden waar
ze verwacht worden door de geallieerden om te worden ontwapend. De meesten gaan er op de fiets heen.
Weetje
Philips maakte tijdens de Tweede Wereldoorlog dankbaar gebruik van goedkoop personeel dat opgesloten zat in het Nederlandse concentratiekamp
'Konzentrationslager Herzogenbusch' (beter bekent als Kamp Vught.)
Na de oorlog zou deze multinational zich haasten dat daardoor veel Nederlanders een slechter onderkomen en misschien wel de dood bespaard was
gebleven, maar feit blijft dat de Duitsers een paar knaken vingen voor iedere harde werker en wie niet (meer) kon werken ging alsnog op
transport.
Toen in veel steden fietsen ingeleverd moesten worden gebeurde hetzelfde in Eindhoven, alleen werden de werknemers van Philips hiervan
vrijgesteld. De band tussen bezetter en de directie van Philips was innig.
Reden
Ik las ergens dat de Duitsers fietsen nodig hadden om zich voort te bewegen en iemand durfde zelfs te beweren dat er 'zoals voor alles' de
Duitsers netjes betaalden. Hier moet echt nog wat bijles in geschiedenis worden gegeven want de Duitsers haalden de fietsen voornamelijk
op om ze naar Duitsland te sturen voor de vervaardiging van wapentuig.
Net als dat er kerkklokken en auto's werden gevorderd werden de fietsen gebruikt voor de Duitse oorlogsindustrie.
Onderstaand pamflet toont onomwonden aan dat er geen sprake was van 'hier en daar een fiets' en zeker niet van betalen.
Fietsbelasting
In Nederland werd er van 1897 tot en met 1918 en van 1924 tot en met 30 april 1941 een landelijke belasting op het gebruik van
rijwielen geheven. Het bedrag was aanvankelijk twee gulden, later twee gulden en vijftig cent. De Duitsers
schaften deze belasting en het verplicht voeren van een plaatje in 1941 af.
Op het moment van afschaffen waren er zo'n 3,5 miljoen fietsen.
Foto van Museum Rotterdam
Weetje
Als je rijwielbelastingplaatje een gaatje had mocht je op zon- en feestdagen geen gebruik van je fiets maken. Het gaatje duidde
erop dat je geen belasting betaalde omdat je arm was waarmee de fietsbelasting de meest gehate belastingmaatregel in ons land was.
Ook vrijgesteld waren kinderfietsjes, fietsen van gehandicapten, van land- en zeemacht, de PTT, politie, diplomaten en
personen die konden aantonen slechts tijdelijk in ons land te verblijven.